Kamerervaring mag niet verloren gaan
01 april 2010
De kandidatenlijsten voor de Tweede Kamerverkiezingen van 9 juni a.s. zijn bekend. Vrijwel alle partijen hebben zittende Kamerleden en bewindslieden hoog geplaatst. Daarmee hebben zij terecht gekozen voor het behoud van kennis en ervaring.
Dat is belangrijk, ook omdat de afgelopen weken ongeveer dertig ervaren politici hebben besloten de politiek vaarwel te zeggen. Sommigen, zoals Kamernestor Bas van der Vlies, omdat ze al tientallen jaren in de politiek zitten. Anderen, omdat zij vinden dat de politiek na een aantal jaren niet meer interessant voor hen is. Dat motief betreur ik, omdat juist ervaren Kamerleden een bijdrage moeten leveren aan het algemeen belang en niet in de eerste plaats naar hun eigen carrière zouden moeten kijken. Vroeger was zeker niet alles beter, maar er was bij politici wel meer idealisme en toewijding aan de publieke zaak.
Deze grote leegloop uit de Kamer vindt plaats nu de gemiddelde zittingsduur van een Kamerlid van ongeveer vijf jaar al heel laag is. Deze zal na 9 juni nog verder dalen door de verwachte uitkomst van de verkiezingen. Vijftien jaar geleden was het al bijzonder wanneer een partij vier zetels won of verloor; nu draaien de kiezers hun hand niet om voor twintig zetels meer of minder voor de ene of de andere partij.
Het gevaar van een groot verlies aan kennis en ervaring in de Tweede Kamer dreigt dus en het is goed dat de partijen met hun kandidatenlijsten daar niet nog een schepje bovenop hebben gedaan. Het Kamerlidmaatschap is een ambacht, dat je niet in een paar jaar leert. Debatteren, onderhandelen, compromissen sluiten, contacten onderhouden met je achterban, de inhoud van je onderwerpen beheersen. Je hebt een aantal jaren nodig om dat allemaal goed te kunnen.
De beslissing om ervaring te behouden op de kandidatenlijsten kan ook de sfeer van vluchtigheid en oppervlakkigheid in de Kamer veranderen. Wanneer Kamerleden weten dat zij na vier jaar door hun partij weer van de lijst geschopt kunnen worden, gaan zij zich in die vier jaar voortdurend manifesteren met hyperig gedrag, waarmee zij denken positief op te vallen. De wetenschap dat zij niet voortdurend op de schopstoel zitten zal nu hopelijk wat meer rust in het politieke bedrijf brengen. Hopelijk zullen ook de verruwing van het taalgebruik en de soms grove omgangsvormen in de Kamer vanaf nu verbeteren.
Archief